Aanpak
Wat is AMIGO?
AMIGO is een aanpak of methodiek die leidt tot een bouwbare uitwisselspecificatie. Met AMIGO komen ketenpartijen stapsgewijs tot een verzameling afspraken (afsprakenset) over de uitwisseling van gegevens in een specifiek toepassingsdomein en werkingsgebied. AMIGO werd in eerste instantie toegepast en uitgewerkt om afspraken te maken voor interacties in het toepassingsdomein ‘Toetsen’, maar de Architectuurraad van Edustandaard heeft in 2020 vastgesteld dat AMIGO als methodiek ook voor interacties in andere toepassingsdomeinen zeer bruikbaar is en sindsdien is de scope ook niet meer beperkt tot een bepaald toepassingsdomein. De AMIGO-methodiek bestaat uit een aantal stappen die één of meerdere keren worden doorlopen.
Wat is een bouwbare specificatie?
Ketenpartners die in een bepaald scenario met elkaar willen samenwerken en daarvoor gegevens met elkaar willen uitwisselen moeten hiervoor afspraken met elkaar maken. Die afspraken omvatten specificaties op basis waarvan de verschillende ketenpartners hun deel van de gegevensuitwisseling kunnen realiseren. Onderdelen van zo’n specificatie zijn:
- Scenariobeschrijving: een situatiebeschrijving waaruit blijkt welke gegevensstromen wel en welke niet binnen scope van de beoogde gegevensuitwisseling vallen
- Berichtspecificatie: welke gegevens worden uitgewisseld (structuur, constraints, syntax)
- Vocabulairespecificatie/-selectie: welke waardenlijsten worden gehanteerd
- Interactiespecificatie: hoe de gegevens worden uitgewisseld
- Interfacespecificatie: welke endpoints er zijn en hoe die aangeroepen kunnen worden
Hoe komt men tot een bouwbare specificatie?
De AMIGO-methodiek bestaat uit zes stappen die invulling moeten gaan geven aan de bovenstaande onderdelen. Dienstverleners in de onderwijssector doorlopen deze stappen één voor één bij het maken van nieuwe afspraken over gegevensuitwisselingen. Soms leiden keuzes binnen één stap ertoe dat betrokken partijen een eerder doorlopen stap nog een keertje onder de loep nemen. Dit leidt uiteindelijk tot een compleet, samenhangend en bouwbaar geheel. De stappen zijn:
- Scenario-analyse: Binnen deze stap werken betrokken dienstverleners het scenario uit van de gegevensuitwisseling. Daarbij beantwoorden ze procesinhoudelijke vragen als:
- Welk proces geven we vorm met de uitwisseling?
- Welke systemen wisselen welke gegevens uit? Wie zijn als gebruikers bij die uitwisseling betrokken?
- Wat is de reikwijdte van de gegevensuitwisseling?
- Gegevensanalyse en Interactie-analyse: De betrokken partijen trekken in deze stappen de lijn door van het proces naar de bijpassende gegevens en interacties. Daarbij beantwoorden ze vragen als:
- Om welke gegevens gaat het precies?
- Welke opdeling van gegevensoverdrachten past bij het proces en is herkenbaar voor de beoogde gebruikers?
- Technologiekeuze, Berichtspecificatie en Interfacespecificatie: Natuurlijk zijn er voor een geautomatiseerde uitwisseling van gegevens technisch-inhoudelijke keuzes nodig. In deze stappen beantwoorden leveranciers van digitale diensten vragen als:
- Wat voor eisen worden er aan transport en beveiliging gesteld?
- Welke standaarden of landelijke voorzieningen zijn voorhanden?
- Wijken we daarvan af en waarom dan wel?
AMIGO is gebaseerd op het Edustandaard Lagenmodel. De samenhang tussen de lagen helpt mede de keuze te bepalen voor de te gebruiken standaarden en profielen. Bijvoorbeeld de keuze voor een transactieprotocol (IT-infrastructuurlaag) kan van invloed zijn op de wijze waarop de technische gegevensmodellen er uit zien (Applicatielaag). Per laag leidt dit tot specificaties die onderdeel van de afspraak vormen.
Verder lezen:
- AMIGO-methodiek
- ROSA Logische gegevensmodellen
- Voorbeeld keteninrichtingsscenario: Uitwisseling leerlinggegevens en resultaatgegevens